Local Guides World
Carol Bamps
6 reviews on 1 places
Top
Voor het uitzicht kom je hier best tijdens terrasweer!
De soep kost 6.5 incl brood
De croque best lekker
Zeemanssfeertje!
Uitzicht op kathedraal en boerentoren!
De soep kost 6.5 incl brood
De croque best lekker
Zeemanssfeertje!
Uitzicht op kathedraal en boerentoren!
Minder indrukwekkend dan ik vooraf dacht!
"Groeningepoort". Natuurstenen poort, sluit aan bij de vroeggotiek met spitsboog, kantelen en trompen. Schild met Vlaamse Leeuw en opschrift "1302 GROENINGHEVELD". In 1908 gebouwd naar ontwerp van Jozef Viérin (Kortrijk).
Zogenaamd "Groeningemonument" en "park". Groeningepark, gelegen tussen de Groeningelaan en het Plein. Het park omvat een laan van tulpenbomen, esdoorns, platanen en heesters van de Groeningepoort naar het ronde plantsoen met het Groeningemonument. Bij het monument staan tevens platanen, een Himalajaceder en een treurwilg. Aan de zijde van de Groeningelaan in 1906 oprichting van romantisch-realistisch Groeningemonument van G. Devreese. Het bronzen geheel is verguld en werd gegoten in de "Fonderie Nationale des Bronzes" in Sint-Gillis bij Brussel. Bovenaan staat een jonge vrouw, de allegorische Maagd van Vlaanderen. Ze zwaait met de zeis in de linkerhand, omstreeks 1900 nog vaak voor de Goedendag aanzien. Met de rechterhand houdt ze de symbolische Vlaamse Leeuw in toom bij de manen; de leeuw heeft zijn slavenboeien verbroken en briest dreigend in de richting van Frankrijk. Het voetstuk stelt drie episodes voor uit de Guldensporenslag van 1302: met name links afscheid van een krijger, de zege en Robert d'Artois gesneuveld naast zijn paard Morel. Op het voetstuk de wapenschilden van Vlaanderen en Kortrijk en het opschrift: "KORTRIJK - SLAG DER GULDEN SPOREN XI JULI MCCCII".
Verbindingsweg aangelegd tussen het Plein en de Groeningelaan in 1900. Van 1902 tot 1968 "Antoon Goethalslaan", van 1968 tot 1981 "Burgemeester Goethalslaan". In 1981 "Groeningepoort" naar de zogenaamd "Groeningepoort" opgericht in 1908. Ten westen paalt het Sint-Jozefsinstituut en het ziekenhuis van de Heilige Familie aan de straat.
"Groeningepoort". Natuurstenen poort, sluit aan bij de vroeggotiek met spitsboog, kantelen en trompen. Schild met Vlaamse Leeuw en opschrift "1302 GROENINGHEVELD". In 1908 gebouwd naar ontwerp van Jozef Viérin (Kortrijk).
Zogenaamd "Groeningemonument" en "park". Groeningepark, gelegen tussen de Groeningelaan en het Plein. Het park omvat een laan van tulpenbomen, esdoorns, platanen en heesters van de Groeningepoort naar het ronde plantsoen met het Groeningemonument. Bij het monument staan tevens platanen, een Himalajaceder en een treurwilg. Aan de zijde van de Groeningelaan in 1906 oprichting van romantisch-realistisch Groeningemonument van G. Devreese. Het bronzen geheel is verguld en werd gegoten in de "Fonderie Nationale des Bronzes" in Sint-Gillis bij Brussel. Bovenaan staat een jonge vrouw, de allegorische Maagd van Vlaanderen. Ze zwaait met de zeis in de linkerhand, omstreeks 1900 nog vaak voor de Goedendag aanzien. Met de rechterhand houdt ze de symbolische Vlaamse Leeuw in toom bij de manen; de leeuw heeft zijn slavenboeien verbroken en briest dreigend in de richting van Frankrijk. Het voetstuk stelt drie episodes voor uit de Guldensporenslag van 1302: met name links afscheid van een krijger, de zege en Robert d'Artois gesneuveld naast zijn paard Morel. Op het voetstuk de wapenschilden van Vlaanderen en Kortrijk en het opschrift: "KORTRIJK - SLAG DER GULDEN SPOREN XI JULI MCCCII".
Verbindingsweg aangelegd tussen het Plein en de Groeningelaan in 1900. Van 1902 tot 1968 "Antoon Goethalslaan", van 1968 tot 1981 "Burgemeester Goethalslaan". In 1981 "Groeningepoort" naar de zogenaamd "Groeningepoort" opgericht in 1908. Ten westen paalt het Sint-Jozefsinstituut en het ziekenhuis van de Heilige Familie aan de straat.
La pierre alimentant l’important chantier n’était pas du grès rose des Vosges, comme on le pense souvent. Les massifs blocs furent livrés à grands frais d’Allemagne par le train, extraits des carrières de Kyllburg et de Büren, terre natale du nouveau châtelain. Une unique encyclopédie de styles vit le jour, où éléments romans, gothiques et Renaissance, voire Art Nouveau, se mêlent en un riche symbolisme, souvent marqué par les aspirations ésotériques et maçonniques du maître des lieux.
John von Haniel, qui décéda subitement en 1912, ne vit plus la mise sous séquestre de sa maison en 1918, à la fin de la Grande Guerre. François de Marmier, héros de l’aviation française, prit sa succession et tenta, avec un succès mitigé, de transformer le domaine en une exploitation agricole moderne, d’après les méthodes intensives qu’il venait de découvrir aux Etats-Unis. Sa santé déclinant, il dut vendre son train de culture et, en 1932, le château devint la propriété de Hospices Civils de la ville de Metz.
Il servit alors tout à tour d’école de plein air, de quartier général aux belligérants durant la Seconde Guerre mondiale, d’abri pour les moutons et de salle des fêtes pour l’amicale du personnel du CHR Metz-Thionville ! Ayant d’autres priorités que celles de soigner les vieilles pierres, l’hôpital en décida la vente au début des années 1990.
Blessé par deux guerres, mal-aimé, abandonné pendant de trop nombreuses décennies, le château de Landonvillers semblait endormi à tout jamais. Mais depuis 1993, les lumières se rallument, le parc refleurit et l’art et la musique réaniment cet endroit mythique. Effectivement, Norbert Vogel, psychothérapeute et fou d’histoire, a relevé le défi de faire revivre ce joyau de notre patrimoine, maintenant inscrit à Inventaire Supplémentaire des Monuments Historiques. Grâce à son initiative, de nombreux concerts classiques ravissent les mélomanes et les expositions de peinture sacrée ont connu un retentissement international. Le rêve de Norbert Vogel? Mener à bien rapidement son projet de création d’un musée d’icônes anciennes dans les étages supérieurs du donjon. Ce serait le premier en France.
Le château n’est pas régulièrement ouvert au public, mais d’importantes manifestations culturelles sont en préparation.
La Belle au Bois Dormant vient de s’éveiller. La nouvelle vie du château de Landonvillers ne fait que commencer…
John von Haniel, qui décéda subitement en 1912, ne vit plus la mise sous séquestre de sa maison en 1918, à la fin de la Grande Guerre. François de Marmier, héros de l’aviation française, prit sa succession et tenta, avec un succès mitigé, de transformer le domaine en une exploitation agricole moderne, d’après les méthodes intensives qu’il venait de découvrir aux Etats-Unis. Sa santé déclinant, il dut vendre son train de culture et, en 1932, le château devint la propriété de Hospices Civils de la ville de Metz.
Il servit alors tout à tour d’école de plein air, de quartier général aux belligérants durant la Seconde Guerre mondiale, d’abri pour les moutons et de salle des fêtes pour l’amicale du personnel du CHR Metz-Thionville ! Ayant d’autres priorités que celles de soigner les vieilles pierres, l’hôpital en décida la vente au début des années 1990.
Blessé par deux guerres, mal-aimé, abandonné pendant de trop nombreuses décennies, le château de Landonvillers semblait endormi à tout jamais. Mais depuis 1993, les lumières se rallument, le parc refleurit et l’art et la musique réaniment cet endroit mythique. Effectivement, Norbert Vogel, psychothérapeute et fou d’histoire, a relevé le défi de faire revivre ce joyau de notre patrimoine, maintenant inscrit à Inventaire Supplémentaire des Monuments Historiques. Grâce à son initiative, de nombreux concerts classiques ravissent les mélomanes et les expositions de peinture sacrée ont connu un retentissement international. Le rêve de Norbert Vogel? Mener à bien rapidement son projet de création d’un musée d’icônes anciennes dans les étages supérieurs du donjon. Ce serait le premier en France.
Le château n’est pas régulièrement ouvert au public, mais d’importantes manifestations culturelles sont en préparation.
La Belle au Bois Dormant vient de s’éveiller. La nouvelle vie du château de Landonvillers ne fait que commencer…